MagazineMeraki

Kevin Oyen: het streelbare staal

  • Words

    Annelies Thoelen

Meraki is een onvertaalbaar geacht Grieks woord voor de ziel die iemand in zijn werk legt. Zoals de creativiteit die een kunstenaar tot een schilderij brengt, de liefde die een kok in zijn gerechten legt of de passie waarmee designers zich toewijden aan hun ontwerp(en). Wanderful.design peilt naar de passie én de ziel van Kevin Oyen. 

 

Ayko is het acroniem voor Artistic Company Kevin Oyen, staat bekend om zijn meesterlaswerk maar vooral voor zijn innovatieve manier van werken met metaal. De jonge Bilzenaar is tegelijk ontwerper en ambachtelijk metaalbewerker, en staat ook vaak in voor objecten van andere ontwerpers.

Kevin Oyen studeerde als productdesigner aan de academie van Hasselt en werkte als assistent van de Australische kunstenaar Matthew Harding (Melbourne, AU). Op 17 maart opent zijn tentoonstelling samen met Jesse Jamees en Jesse Biesmans in CC De Kimpel in Bilzen.

Oyen liet zich een aantal jaar geleden al opmerken door zijn verfijnde manier van omgaan met restmaterialen uit staal. Het iconische voorbeeld daarvan was zijn Magic Bean, een zitobject midden tussen gebruiksvoorwerp en sculptuur, dat handmatig is samengesteld uit gerecupereerde stukjes roestvaststaal staal. Dit statement piece was onder andere te zien op de 8ste Triënnale voor Vormgeving in Design Museum Gent, Ventura Lambrate in Milaan, op Uptown Design in Brussel, en kreeg zeer recent nog op een prominent plaats op de stand van Adorno Gallery op Collectible, de nieuwe en alom gesmaakte designbeurs in Brussel.

Je Magic Bean heeft je in Vlaanderen en daarbuiten op de kaart gezet. Hoe verloopt het nu met dat succesverhaal?

“Dat was echt de start van alles, ik ben daarmee opgepikt, en ik heb daar veel weerklank mee gekregen. De Bean is gemaakt uit plaatjes die ontstaan bij het ponsen van gaten in installatiebeugels. Eerder dan ze te versmelten en recyclen, gebruik ik hun vorm opnieuw door ze in te zetten als schakelvormige onderdelen van een metalen mat die in alle richtingen kan bewegen. De opdracht voor het maken van die installatiebeugels is trouwens dit jaar in aantal gestegen, dus ik heb grondstoffen genoeg. Dit jaar staat de Bean op Collectible, en ik moet zeggen, daar had ik wel een heel goed gevoel bij. Mijn werk paste daar perfect. Het stond daar heel opvallend in de centrale gang. Ik was heel blij.”

Hoe heeft de Bean je geïnspireerd om verder te gaan met je werk?”

“Adorno Gallery, waarmee ik op Collectible stond, zal me vanaf nu permanent vertegenwoordigen online, en doet ook een aantal designbeurzen. Doordat er zoveel werkuren in mijn ontwerpen steken denk ik altijd: “vraag ik niet teveel voor mijn werk?”. Maar Adorno heeft me doen inzien dat er een markt voor is, en dat echte verzamelaars ons beginnen te vinden. Ik wil dus zeker nog verder op de ingeslagen weg. De unieke stukken ga ik zeker blijven produceren. De objecten die ik maak met die matten zijn heel tactiel, zacht en comfortabel. Dat komt omdat ik ze uitvoerig polier, en perfect afwerk. Mensen willen mijn werk altijd maar aanraken, het lijkt wel bedoeld om te strelen. Het is vooral het glanzende en het spiegelende van metaal waar ik op verder wil werken. Dat vergt uren handwerk, en heel veel geduld. Maar daarnaast heb ik natuurlijk ook nog een gewoon lasbedrijf. Ik heb afgelopen maand daarom mijn eerste werknemer aangenomen. Ik besef dat ik meer tijd voor mijn eigen praktijk nodig heb om een grotere collectie samen te stellen. Want de Bean heeft wel een heel aantal deuren geopend.”

Wat zullen we te zien krijgen op je nieuwe tentoonstelling?

“Ik heb twee exemplaren van de Bean die zij aan zij te zien zullen zijn. Op de tentoonstelling zal één exemplaar helemaal van buitenaf worden uitgelicht zodat de glans en tactiliteit duidelijk in de verf wordt gezet. Aan de andere kant van de wand zal dan het tweede exemplaar met licht van binnenuit te zien zijn. Bean kan namelijk ook als lichtsculptuur fungeren. Ik wil het contrast en de versatiliteit laten zien. Maar ik ga zeker ook een aantal nieuwe ontwerpen tonen. Ik ben onder andere met Peter Donders een samenwerking gestart onder de naam ODD (Oyen&Donders). We zullen daar ons eerste gezamenlijke project voorstellen: een zitbank.  We werken hard om die nog af te krijgen voor de opening. Het is een langwerpige bank van drie meter die bekleed wordt volgens het zelfde principe als de Bean maar dan met gerecupereerde aluminium stukjes. We hebben ook wat aan de mal veranderd die deze keer uit gefreesde stukken hout bestaat. Verder is er natuurlijk nog veel meer te zien bijvoorbeeld, een aantal kleinere objecten volgens dezelfde techniek, schedels en een wereldbol.”

Vanwaar de keuze om even terug te keren naar Bilzen?

“De stad wil een aantal jonge creatievelingen in de verf zetten, en heeft me daarom gevraagd. Ik ben het inderdaad eerst wat verder gaan zoeken: Brussel, Australië, Gent, en nu eigenlijk toch weer even Bilzen. Ik werk voor architecten en bedrijven hier, heb opdrachten hier, nu dus ook een tentoonstelling. Aan de andere kant ben ik ook in bespreking met een galerie in Londen. Het vult elkaar allemaal aan.”

Hoe ziet de toekomst van je oeuvre eruit?

“Ik heb me bedacht dat mijn werk bekend staat om twee dingen: het is altijd uit metaal, en het is altijd bijzonder gepolijst en spiegelend. Ik wil nu ook het tegenovergestelde van beiden onderzoeken. Ik wil bijvoorbeeld met hout gaan experimenteren. Dat is in wezen eigenlijk niet mijn materiaal, maar ik ben wel met een idee bezig om een soort tafel te ontwerpen die je kan uittrekken tot een organisch geheel. Mijn inspiratie is altijd al gekomen uit de natuur. Je kan die vormen dan ook weer een metalen finish geven, tegenwoordig kan je een metalen coating spuiten op eender welke ondergrond.”

“Daarnaast ben ik veel concreter nu al vormexperimenten aan het uitvoeren met roest in plaats van mijn kenmerkende werk met glans. Roest en een spiegelende afwerking staan mooi tegenover elkaar en sluiten mooi aan. Ik bewerk daarvoor nu stalen schijven van 1,5 meter doorsnede met zuur. Dat geeft bijzondere materiaaleffecten en vormen. Ik ben er heel lang mee bezig met te zoeken wat voor effecten ik wil hebben. Het is een lang proces van geregeld afspoelen en opnieuw bewerken. Altijd met een onverwachts resultaat, want het zuur doet dan ook nog een deel zijn eigen ding. Het is helemaal anders dan het volledig glad polijsten waar ik nu steeds mee bezig ben. Iets laten blinken en iets laten roesten, voor veel mensen is dat gewoon een afwerking. Maar voor mij is het zoveel meer dan dat. Het is de essentie van mijn werk. Ik wil daarop verder.”

De tentoonstelling “A Piece of Mind” met werk van Kevin Oyen, Jesse Jamees en Jesse Biesmans loopt van 17 maart tot en met 13 april 2018 in CC De Kimpel, Eikenlaan 25, 3740 Bilzen. De vernissage is op 17 maart om 20u.