MagazineInterview

Studio Refugee

Sara Rombouts studeerde in 2016 af als productdesigner aan de LUCA School of Arts C-Mine. Haar masterproject vormde de basis voor Studio Refugee, waar ze samen met vluchtelingen producten ontwerpt.

Studio Refugee gaat in essentie over het ontwerpen van producten met vluchtelingen. Daarmee bedoel ik producten waarmee de vluchtelingen hun verhaal vertellen of die verwijzen naar hun cultuur. We willen de Belgische bevolking daarmee laten kennismaken en zo een positief verhaal over de vluchtelingenproblematiek vertellen. Het is de bedoeling die producten daarna te maken en te verkopen en zo een ander beeld van migranten uit te dragen. Door die sensibilisering hoop ik dat er meer respect zal ontstaan voor vluchtelingen als mens.”

Ik vond het fijn om te zien dat er ook anderen zijn die met hun designskills iets willen doen voor de maatschappij. De kandidaturen van designers kwamen dan ook van ver. Op de oproep die we samen met Z33 en Cultuurplatform design lanceerden, reageerden mensen uit Gent, maar ook uit bijvoorbeeld Midden-Nederland. Voor de vluchtelingen heb ik een oproep gedaan bij verschillende centra en organisaties. Ik vroeg hen naar gemotiveerde vluchtelingen die vaardigheden hadden waarop we konden bouwen. Ik wilde een zo divers mogelijke groep van verschillende culturen en met zowel mannen als vrouwen, maar dat is niet helemaal gelukt. De meeste deelnemers waren mannen. Gelukkig konden we dat wel wat compenseren met de groep designers, want dat waren toevallig allemaal vrouwen.”

Het was een echt co-creatief ontwerpproces met een conceptontwikkeling en de uitwerking van prototypes. Daarvoor organiseerden we afgelopen voorjaar een reeks workshops, waarbij groepjes van telkens twee designers en twee vluchtelingen uitgebreid kennismaakten en samen de opvangcentra of tehuizen bezochten. In elk groepje zat iemand die Engels sprak. Het was de bedoeling dat ze rond het verhaal van de vluchtelingen producten zouden ontwerpen. We nodigden zelfs externen uit om feedback te geven. Dat beschouw ik als het vernieuwende aspect van dit project, namelijk dat wij niet focussen op tewerkstelling vanuit een designproductie, maar dat wij echt co-creëren vanuit verhalen en ervaringen, om zo mensen dichter bij elkaar te brengen.”

De impact van het project is heel duidelijk. Vanuit designperspectief is het vernieuwend en interessant om verschillende soorten vormgeving met elkaar te mengen, maar het is vooral het proces op zich dat de belangrijkste impact heeft. Verveling is een van de grootste problemen bij vluchtelingen. Ze hebben niets te doen, ze hebben zware herinneringen en bovendien missen ze hun familie en land van herkomst en kampen ze met veel onzekerheden. Dat blijft maar doormalen. Als je niets te doen hebt, blijf je maar nadenken. De deelnemers krijgen tijdens de workshops opnieuw een gevoel van samenhorigheid. Ze zijn ergens mee bezig en voelen zich zo weer nuttig. Ze maken deel uit van een project en komen in contact met Belgen. Het is dus niet alleen via de producten dat het project toont hoe we op een andere manier kunnen omgaan met vluchtelingen en andere culturen.”

Studio Refugee heeft nu een collectie van bijzondere producten. Er is een vogelhuisje ontworpen door Derya Akgure, samen met twee Afghaanse jongens. De vogel staat symbool voor migratie en vrijheid en het huisje voor het thuiskomen na een lange tocht. Vormelijk is het geïnspireerd op Afghaanse architectuur. We hebben ook het weefgetouw met de vervlochten Delfts blauwe afbeelding en een afbeelding van een Perzisch tapijt, dat gemaakt werd door Yoni Lefèvre en Franciska Slaager uit Nederland. De Syrische vluchteling met wie zij samenwerkten, had veel herinneringen aan zijn wevende oma en zag weven als een centraal element van zijn cultuur. Visueel worden er zo twee culturen met elkaar verweven. Van het patroon dat ontstaat, maken we dan weer tassen in ons naaiatelier. Dan zijn er ook nog twee T-shirts, een portefeuille, een experiment met macramé en een krukje te zien.”

Naar de toekomst toe moet het misschien wel anders. Ik doe dit nu vrijwillig en bovendien houden we alles zelf in handen, van ontwerpen, produceren, op de markt brengen tot verkopen en reclame maken. Dat is soms lastig te organiseren. Om de duurzaamheid op langere termijn te garanderen, denk ik eraan om bijvoorbeeld verder te werken op de nu ontworpen producten. Ik wil de methodiek vertalen naar een minder conceptueel niveau, wat het gemakkelijker maakt voor vluchtelingen om deel te nemen. We gaan dan bijvoorbeeld niet meer los nadenken over welk voorwerp bij een bepaald verhaal past, zoals die vogelhuisjes, maar samen met een aantal vluchtelingen met verschillende achtergronden het concept van een vogelhuisje uitwerken, gebaseerd op hun ervaringen, cultuur en architectuur. Zo krijg je collecties die in winkels verkocht kunnen worden.”

Dit artikel is deel 01 van

Maatschappelijk betrokken en sociaalkritisch design